|
||||||||
Michael Wollny (Schweinfurt, 1978) begon al op 5-jarige leeftijd met piano en viool, zijn oudere zuster, fluitiste, bracht hem de klassieke romantici bij zodat Michael ’s pianospel zowel improvisatie als b.v. Bach en Mozart bevatte. Hij was 16 toen hij werd ontdekt op het Hermann-Zilcher-Konzervatorium in Würzburg door zijn leraar Chris Beier en hem onder zijn hoede nam. De volgende stap was het toetreden tot het vermaarde BundesJugendJazz Orchester (BuJazzO), zijn eerste trio en een duo met saxofonist Hubert Winter. Inmiddels is Wollny in de voetsporen van zijn idool Joachim Kühn getreden als succesvolste en belangrijkste Duitse jazzpianist, maar ook wereldwijd is hij beroemd en doorgedrongen tot het selecte gezelschap toppianisten. Dit is zijn 18e album, maar pas zijn tweede solo project. Van de 15 nummers op “Mondenkind” zijn er 5 niet van de hand van Wollny, “Father Lucifer” is van Tori Amos, “Velvet Gloves & Spit“ is van de Canadese groep Timber Timbre, “Mercury” is van Sufjan Stevens, “Sonatine Nr.7/2.Satz is van Rudolf Hindemith en “Schliesse mir die Augen beide” is van Alban Berg. Met uitzondering van de twee “klassieken” toch wel een verassend lijstje. De naam Mondenkind verwijst naar het boek “Unendliche Geschichten”van schrijver Michael Ende waarin de hoofdrolspeler geheel alleen zijnde, de wereld van een nieuwe naam voorziet en alles daarmee opnieuw beleefd. Op 20 juli 1969 verlaten Neil Armstrong en Edwin Aldrin het ruimtevaartuig Columbia en 3 uur later zijn ze de eerste mensen die lopen op de maan. Michael Collins bleef aan boord en bleef de volgende dag in een baan om de maan, bij iedere omwenteling verloor hij gedurende 46:38 minuten visueel en radio contact met de aarde. De eenzaamste mens ooit ? Toen Collins hiernaar werd gevraagd, antwoordde hij dat ondanks dat hij alleen was, zijn gemoedstoestand kon worden gekarakteriseerd als “awareness, anticipation, satisfaction, confidence, almost exultation” (bewustzijn, anticipatie,tevredenheid, vertrouwen, bijna verrukking). Wollny haalt dit aan op de cd hoes als voorbeeld van het alleen zijn. Toen hij dit album opnam was de corona pandemie al uitgebroken dus op weg naar de opname studio in Berlijn reed hij door lege straten, in de studio waren geen medemuzikanten en hij was ook de enige in zijn hotel, vandaar het aanhalen van het verhaal over Collins. “Lunar landscapes” is het korte intro van dit album, maar het zet gelijk de toon met de ragfijne akkoorden en het fluwelen touché van Wollny achter zijn piano. “Father Lucifer” is ook een sprankelend muziekstuk, ik ken het origineel niet, maar dit klinkt prima. Maar het kan toch niet tippen aan de Sonatine Nr.7/2. van Hindemith , bijzonder fraaie muziek, zeker in deze uitvoering van Wollny. Ook het gevoelvolle “Velvet gloves & spit” krijgt een superieure uitvoering waar het origineel niet aan kan tippen. Het titelnummer “Mondenkind” heeft een zich steeds herhalende noot die krachtig wordt aangeslagen door Wollny, de rest van het nummer ontvouwt zich rond die ene intrigerende aanslag, het leidt tot een betoverend effect in dit toch wel enigszins spookachtige nummer, knap gedaan. Tot de hoogte punten op dit album behoort zeker “Schliesse mir die Augen beide” van Alban Berg, schitterend vertolkt door maestro Wollny. Bijzonder is ook “Un animal imaginé par Méliès” geschreven door Wollny, Méliès was een beroemd llusionist / goochelaar. Het nummer “Spacecake” beantwoordt helemaal aan zijn titel, razendsnel pianospel zonder uit de bocht te vliegen met een donderende apotheose. Het album eindigt met het nummer “Mercury” van Sufjan Stevens, ik ben geen fan van diens pathetische fluisterzang maar deze versie van Wollny klinkt fraai en is een mooie afsluiter van weer een superieur album van deze meesterpianist. Jan van Leersum
|
||||||||
|
||||||||